.comment-link {margin-left:.6em;}

.

zaterdag, april 09, 2005

Patrick praat

'Ik woon nu 7 jaar in Nepal en ik begin het goed zat te worden. Ik kom net van Jomsom om te kijken waarom het internet het niet doet en ja hoor, de deur van het kantoor zit op slot. Eén leider daar was zomaar weggegaan en 2 politici hebben nu ruzie. Dus er gebeurt niks. Een commandant heeft hier nu de macht, waarom schiet die niet gewoon dat slot kapot? Dat internet was betaald door de Verenigde Naties, maar die laten ook niet eens in de maand iemand komen om te kijken of er ook daadwerkelijk wat gebeurt met hun geld. Ze zouden inmiddels toch door moeten hebben dat dat nodig is in dit soort landen.
En de regering hier, dat is me ook een stelletje gangsters, die zouden in Nederland allang achter de tralies zitten. Geldhandel, wapenhandel, alles. Wat dat betreft is de burgeroorlog hun eigen schuld. Die Maoïsten maken ook mijn business kapot, er komt geen toerist meer, maar ik durf te zeggen: Dat doet de regering.
En die Mao's zelf die leggen ook een bommetje hier, een bommetje daar. Wat willen ze nou? Als ze de regering weg willen hebben dan schieten ze die toch gewoon dood? Die hebben één agent voor de deur staan, nou die kan ik ook nog wel opblazen.
En de mensen zien al die problemen, maar dan zeggen ze: 'Wat doe je er aan, wat doe je er aan...' Als de boeren in Nederland genaaid worden gaan ze met hun tractors op de snelweg staan, net zo lang tot er iets verandert, en zo hoort het!

Ik ben nu aan het klussen, je moet het allemaal zelf doen. Je hebt hier wat technici en die kunnen hun werk heel goed, als ze het echt willen. Maar je moet er constant bijblijven, anders maken ze er een zooitje van. Je hebt in de guesthouses eerder op de trek wel gezien hoe het er dan uitziet.

Je kan ook niemand vertrouwen, niemand vertrouwt elkaar, iedereen liegt tegen elkaar. Hier verderop is een kleine kruidenier en die verkoopt werkelijk alles wat loopt, van melk en boter tot borstels en sandalen. Nou, ik kocht daar dus altijd kaas, best veel. En opeens, van de ene op de andere dag was het 40% duurder. Want het was overal duurder geworden zei hij. Ik rondbellen, nee natuurlijk niet. Sindsdien kom ik daar dus niet meer.
Andere kaas kocht ik bij een supermarkt in Pokhara. Die was eens op en ik vroeg er:'Is er een kaasfabriek in Pokhara?' Nee zeiden ze, alle kaas komt uit Kathmandu. Een week later hoor ik van een Nederlandse vriend -Nederlands, dus dan betekent zijn woord iets- dat er wel een kaasfabriek is in Pokhara, die ook een eigen winkel heeft. Als ze dat gewoon zouden zeggen bij de supermarkt zou ik misschien uit sympathie de kaas toch nog bij hen kopen.

En het kan ze ook geen reet schelen hoe anderen over hen denken. Ze gaan gewoon op straat zitten poepen. Of in de achtertuin. Je gaat toch niet poepen in je achtertuin? We zijn toch geen apen?!'

Patrick hijgt uit, achter ons kookt stil zijn Nepalese vrouw.